De beeldhouwer Jan de Graaf (1948) studeerde in 1976 af aan de Academie voor Beeldende Kunst te Rotterdam. Vanaf dat moment exposeert hij regelmatig bij galeries en op beurzen. Jan de Graaf maakt voornamelijk bronzen beelden. Hij beeldt bij voorkeur vrouwen en kinderen uit. Zijn inspiratie vindt hij in zijn directe omgeving. Jan de Graaf zei hier zelf over: “Ik maak geen beelden waar je een boek met uitleg naast moet leggen”. Zijn figuren, ook de spelende kinderen, maken een verstilde indruk zonder suggestie van beweging. Naast de lange ‘platte’ vrouwen, veelal op hoge hakken, verwerkt Jan de Graaf ook bolle vormen in zijn figuren. Een nieuw thema in zijn werk is ‘Europa en de Stier’. Ook de stier (de oppergod Zeus) die Europa ontvoert naar Kreta is opgebouwd uit ronde vormen. Opvallend aan de beelden van Jan de Graaf is het feit dat hij de gladde bronzen oppervlakte soms beschildert. De beschildering stelt meestal een kledingstuk voor dat strak om het lijf zit; de jurk van een vrouw of het shirt van een kind. De volumineuze baadsters, het meisjes met de vogels, het kind op de step, de voor de wandeling aangeklede Jugendstil figuren, door hun humor ofwel hun ironie doen ze allemaal een glimlach ontlokken.

“Paar IV”, brons, 35x8x14cm

“Sirene” – klein, brons, oplage 8 nr. 2, h16cm

“Baadster”, brons, h12x25cm